Het sleutelwoord “alverzoening” wordt opgevat als een door de Bijbel ondersteunde doctrine die getuigt dat alle mensen op een dag gered zullen worden. Wat dit precies inhoudt, wordt in dit artikel besproken.

Inleiding

Voorstanders van alverzoening zien dit als een gezonde bijbelse doctrine, die zo direct in de Bijbel wordt onderwezen. Tegenstanders zien hier een ketterij die krachtig veroordeeld en gemarginaliseerd moet worden. De term “alverzoening” staat dus vaak in een theologisch spanningsveld. Tegen de achtergrond van deze spanning biedt deze serie artikelen verschillende referentiepunten voor een beter begrip. Er blijven echter opvallende verschillen bestaan tussen de verschillende visies.

De alverzoening betreft geen detailkwestie, maar een kernvraag van geloof over Gods aard en handelen – tot aan de voltooiing van Gods wegen. De explosiviteit ligt in het feit dat het in staat is om ons geloofsbegrip de ruimte te geven, omdat het niet meer allemaal van ons afhankelijk is. Voor sommigen klinkt dit beangstigend, maar voor anderen is het bevrijdend omdat belangrijke vragen gesteld en beantwoord kunnen worden op basis van de Bijbel.

De Bijbel spreekt over verzoening. Elke christen zal daarvan getuigen. Het wordt echter problematisch als je het hebt over verzoening voor de hele wereld. Deze “alverzoening” is vaak controversieel. Daarom zal hier een poging worden gedaan om een neutrale – maar niettemin kritische – inleiding te geven. Dit is geen historische verhandeling of een dogmatisch onderzoek naar alle details, maar een presentatie van verschillende benaderingen met de meest genoemde argumenten.

Het zal niet mogelijk zijn om volledig neutraal te zijn. Ik kies ook altijd voor een apologetische benadering ten gunste van een allesomvattende verzoening, omdat ik denk dat de Bijbel dit duidelijk leert. Ik wil daar echter niet eenzijdig in zijn. Ik verwijs regelmatig naar de argumenten en gevolgen van een hemel-en-hel-doctrine omdat deze vaak onbekend zijn – niet in de laatste plaats waar het wordt onderwezen. Het doel van dit artikel is om een gezond en gedifferentieerd debat aan te moedigen.

Verzoening in de Bijbel

Over de formulering: In de Bijbel zijn er de drie verschillende woorden in het Grieks die te maken hebben met verzoening. Niet elke taal heeft geschikte termen om te vertalen.

De eerste van de drie termen komt overeen met de taal van het Oude Testament. Daar is verzoening het “bedekken” van iets, met als doel bescherming. De gebruikte term is “kaphar” in het Hebreeuws, het enige woord voor verzoening in het Oude Testament. De eerste keer dat het wordt gebruikt is in Gen 6:14 waar Noach de ark “bedekt” met pek. Deze “bedekking” was een bescherming tegen het oordeel van de komende vloed. In het Nieuwe Testament betekent dit “verzoenen”, zoals in de term “verzoenende bedekking” (Rom 3:25). Gebruikte Griekse termen zijn gr. hilasterion, hilaskomai, hilasmos. Deze bedekking gebeurt door bloed. Bloed is de bescherming. In Romeinen 3 is dit de eerste term die genoemd wordt.

Dat was geen definitieve oplossing. Deze bedekking uit het Oude Testament was slechts tijdelijk en kon ook weer verwijderd worden. Het moest jaar na jaar opnieuw worden aangebracht. Dan vindt er een ontwikkeling plaats. Paul introduceert een nieuw concept. Dit concept is niet langer gericht op het bedekken van zonde.

Deze tweede term is het Griekse katallasso. Het betekent zoiets als “naar beneden veranderen”, alsof God naar beneden verandert naar ons. De reden voor deze verzoening ligt in het kruis en de opstanding. Dit wordt in detail beschreven in 2Cor 5,14-21. Het is een eenzijdige verzoening van God aan de hele wereld. Het veronderstelt geen prestatie. Dit is wat voltooid en verwezenlijkt is. De nieuwe term is grondiger en heeft een andere basis. Deze verzoening is niet afhankelijk van ons, want God verzoent Zichzelf eerst met ons. Dit is eenzijdig en nog niet het einddoel, maar wel de voorwaarde ervoor.

De derde termijn is een versterking van de laatste termijn. Van katalasso gaat het naar apokatalasso. Dit woord wijst op een verandering die niet eenzijdig is, maar wederzijds. Het zijn de gelovigen die apokatalasso zijn met God (Kol 1:22). Het is een wederzijdse verzoening. Deze wederzijdse verzoening is ook wat Paulus zegt over de hele geschapen wereld in Colossenzen 1:20. Dat is het doel van God. Hier brengt God wederzijdse verzoening tot stand door vrede te stichten door het bloed van het kruis. Alverzoening is het resultaat wanneer God “alles in allen” zal zijn (1Cor 15:28).

“Hij [Christus] is het hoofd van het lichaam, de geroepen gemeente, waarvan Hij het begin is als de eerstgeborene uit de doden, zodat Hij in alles de eerste wordt, aangezien de hele voltooiing van de gemeente de eerstgeborene is. [Gott/Gottes] hun plezier in Hem te zijn [Christus] te wonen en door Hem [durch Christus] om het universum met Zichzelf te verzoenen (door vrede te stichten door het bloed van Zijn kruis).”
Col 1:18-20

Daarom staat hier: God is de Alverzoener, die alle dingen met Zichzelf verzoent door Christus, vrede stichtend door het bloed van zijn kruis.

  • Stel je nu voor dat je een probleem hebt met de alverzoening; betekent dat dan dat je een probleem hebt met Gods doel en werk?
  • Wie “Alverzoener!” als scheldwoord gebruikt, heeft misschien een probleem met God of met zijn beeld van God?
  • Wie denkt dat universele verzoening werkt zonder God en Christus, heeft misschien nooit serieus de brief aan de Colossenzen gelezen?

Er is geen begrip van de Bijbel dat Christus meer centraal stelt dan de doctrine van de alverzoening.

Heeft God een doel – en bereikt Hij dat?

Algenoegzaamheid is een begrip van de Bijbel volgens welke God zeker het doel zal bereiken met Zijn schepping. Het doel aan het einde van Gods wegen is de wederzijdse verzoening van alle schepselen met Hem, de Schepper, door Jezus Christus.

Het allatonement in zijn huidige vorm is een heilshistorische interpretatie van de Bijbel, die erkent dat God een doel nastreeft en dit consistent en succesvol uitvoert door Jezus Christus tot aan de voltooiing. Als de mens voorlopig niet wil, geldt hier het besef dat “de mens denkt, maar God leidt” (vgl. Spr 16:9). God heeft het laatste woord als het gaat om de uiteindelijke bestemming van Zijn wereld.

De alles verzoenende leer (allen zullen gered worden) staat in direct contrast met de “hemel en hel” doctrine, volgens welke slechts enkelen gered zullen worden. Met de doctrine van hemel en hel heeft God ook een doel, maar kan het helaas niet bereiken. De stelregel van de doctrine van de hel is “God denkt, maar de mens stuurt”. De mens heeft het laatste woord als het gaat om zijn eigen uiteindelijke bestemming.

De all-atonement bestaat in verschillende vormen, net zoals de doctrine van hemel en hel in verschillende vormen bestaat. De gedachten van universele verzoening kunnen niet worden toegewezen aan een bepaalde theologische richting en er zijn gelovigen uit alle kerkelijke richtingen die vanuit de Bijbel erkennen dat God op een dag het doel met alle mensen zal bereiken. Er zijn parochianen, pastors, kerkgangers en pastors die hierin geloven.

Het heeft geen theologische training nodig om in God te geloven en hoeft Hem dus ook niet met alles te vertrouwen. Over zulk vertrouwen en zulke ervaringen lees je bijvoorbeeld in de Klaagliederen:

“Want de Heer verstoot niet voor eeuwig, maar als Hij verdrukt heeft, is Hij barmhartig naar de overvloed van Zijn barmhartigheden. Want niet uit het hart vernedert Hij en verdrukt Hij de mensenkinderen.”
Klaagliederen 3:31-33

Er zijn natuurlijk verschillen in de theologische verankering en in de reacties op “moeilijke” teksten. Maar dit is ook het geval met elk ander onderwerp en elke andere doctrine.

Is het de moeite waard om over deze vraag na te denken?

Absoluut! Het gaat om fundamentele inzichten, om het perspectief van het evangelie. Het gaat ook over de reikwijdte van dood en opstanding. Het gaat over God en Zijn Zoon Jezus Christus en wat God door Hem heeft gedaan.

Degenen die de moeite nemen om deze vraag na te streven, zullen de Bijbel met veel persoonlijk gewin doorlezen. Wie aan de reis begint, kent misschien nog niet alle tussenstops en heeft nog geen duidelijke bestemming voor ogen. Men hoeft zich niet vast te leggen op een bepaalde traditie of inzicht, maar kan proberen Gods uitspraken over dit onderwerp met een open geest en nieuwsgierigheid te lezen.

Heb je bijvoorbeeld ooit een preek gehoord over de volgende passage?

“Geloofwaardig is het woord
en elk welkom waard
(want hiervoor zwoegen we en worden we beschimpt),
dat we vertrouwen op de levende God,
die de Redder van alle mensen is,
vooral van de gelovigen.
Dit is instrueren en onderwijzen.”

1Tim 4:9-11

Het gaat erom belangrijke vragen te verduidelijken en overhaaste antwoorden zijn niet gepast. De essays hier willen suggesties geven voor een meer diepgaande discussie.

Dit artikel verscheen voor het eerst op 3 februari 2016. Dit is de herziene versie.