De uitspraken van de Bijbel over leven, dood en opstanding zijn heel duidelijk en consistent: dode mensen leven niet. Ze zijn dood. Dit verwijst naar de oppositie van het leven. Degenen die het niet op deze manier zien, vallen terug op een nogal beperkte selectie van “verschillende” bijbelpassages, waarmee de rest van het bijbelgetuigenis dan ongeldig wordt verklaard. Deze bijbelpassages vereisen speciale aandacht als we de Schrift in haar eigen context willen begrijpen.

Bijbelpassage

Johannes beschrijft het volgende in Openbaring:

“Toen het vijfde zegel geopend werd, zag ik onder het altaar de zielen van hen die gedood waren om het woord van God en om het getuigenis dat zij hadden. En zij riepen met luide stem: Tot wanneer, Gij onze Eigenaar, Heilig en Waarachtig, oordeelt Gij niet en wreekt Gij ons bloed niet op hen die op de aarde wonen?”
Openb. 6:9-10

Traditionele interpretatie

Deze mensen die hier genoemd worden zijn dood, maar toch schreeuwen ze. Volgens dit zijn ze in leven en volgens dit zijn alle doden in leven. Zo simpel is het. Of toch niet?

Tegenargument

Het zijn niet de doden die schreeuwen, maar wat hen is overkomen “schreeuwt naar de hemel”. Ze werden “gedood” en hun bloed werd op aarde vergoten. Er wordt gesproken over martelaren en onrecht moet worden gewroken.

Rechtvaardiging

Het boek Openbaring staat vol beeldspraak. Dit hele hoofdstuk gaat dus over het “lam” dat “zegels” opent. Het lam is een beeld van Christus. De zegels zijn afbeeldingen van gebeurtenissen. Normaal gesproken kan een lam ook geen zegels openen. Daarom moeten we zulke teksten zorgvuldig lezen.

Zij die gedood worden, schreeuwen niet meer. De doden zwijgen. Dit wordt heel duidelijk en herhaaldelijk in de Schrift vermeld. Toch zijn er passages in de Bijbel die dit anders voorstellen in figuurlijke taal. Het is echter geen beschrijving van de doodstoestand, maar een beeldtaal die iets heel anders wil vertellen. Ter vergelijking: het bloed van Abel schreeuwde ook nadat Abel door Kaïn was gedood:

“Maar Hij zeide: Wat hebt gij gedaan? De stem van het bloed van uw broeder roept tot mij van de aarde.”
Gen 4:10

Bloed heeft geen stem, maar toch heeft bloed een taal. Het is een visuele taal. Dit is ook het geval in Openbaring. De “zielen” spreken over hun “bloed”. Ook dat heeft een verband. Want de ziel wordt in de Bijbel geassocieerd met het bloed (bijv. Gen. 9:6). De ziel staat voor de hele mens. Mensen werden “levende zielen” (Gen 2:7) en kunnen sterven. Ziel is wat ons vandaag de dag menselijk maakt. Het is ons gevoel en het beschrijft alles wat we voelen. Wanneer de zielen nu onder het altaar liggen, is dat een beeld dat deze mensen werden geëxecuteerd vanwege hun geloof, zoals er staat “om het woord van God en om het getuigenis”.

Dus ook hier gaat het niet om een staat van dood, maar om een beeldtaal waarin gerechtigheid wordt geëist voor martelaren. Het thema is rechtvaardigheid. Het vijfde zegel heeft dit onthuld.