Hoe werkt dat, “de Bijbel begrijpen”? Dit is een vraag die veel mensen hebben. Je krijgt hier niet altijd hulp bij in kerken en vrije kerken. Je moet dus zelf op pad gaan. Ik heb zo’n pad bewandeld – en zie mezelf nog steeds als “op weg” naar meer begrip. In deze post een paar gedachten over mijn persoonlijke reis en begrip van hoe iets als “de Bijbel begrijpen” slaagt.

Het is een proces. Als ik op de een of andere manier zou kunnen beschrijven hoe ik tot mijn huidige inzicht ben gekomen, dan zou ik het moeten beschrijven als een proces. Iedereen moet zijn eigen weg gaan, dus ik kan alleen vanuit mezelf spreken of vanuit wat ik heb waargenomen. Mijn begrip zal nooit helemaal lijken op jouw begrip. Maar we kunnen een min of meer grote overlapping hebben. Maar wat we extern beschrijven, afbakenen, herkennen is niet de essentie. De essentie van geloof blijft altijd een mysterie. Paulus spreekt over een “mysterie van geloof” (2Tim 3,9) en over een “mysterie van godsvrucht” (2Tim 3,16).

Wanneer we de Bijbel lezen of voortdurend ontdekken, gaat het er niet om een lijst met wetenswaardigheden af te vinken, noch om bijvoorbeeld “hogere sferen” te bereiken door steeds grotere “kennis” (zo werkt het gnosticisme). Dit is allemaal zelfverleiding. De Bijbel daarentegen is nuchter, bevrijdend en laat ons Gods aard en werk zien. Hoe we hiermee omgaan, hoe we vertrouwen en geloven, blijft een diep mysterie. We kunnen dit nog steeds herkennen in elkaar en in elkaar.

Blind vertrouwen

Ik ben altijd nieuwsgierig geweest. Ik hou ervan om met ideeën en vragen om te gaan. Ik heb dit echter vaak meegemaakt: Als ik de kerkleiding benaderde met vragen, werd er niet zelden een “definitief antwoord” gegeven – het was “zo en zo”. Dat was geen antwoord, maar een afwijzing. Terwijl ik de dialoog zocht en vroeg waarom dingen op deze manier worden onderwezen, werd deze dialoog regelmatig abrupt beëindigd. Dit werd gevolgd door een verwijzing naar traditie, naar “het christendom” of naar een bijbelse passage. Dit zou de kwestie van tafel moeten halen.

Als ik het overdrijf, eiste men een kadavergehoorzaamheid in termen van dogma’s en tradities. Misschien is het nauwkeuriger om zo’n houding op te vatten als een weigering om te praten? Dit moet worden gerespecteerd. Niet iedereen praat graag. Niet iedereen wil vragen stellen. En ook: niet iedereen is bereid om zelfkritisch de dialoog aan te gaan. Natuurlijk hoeft niet elk gesprek te slagen. Soms werkt het niet. Maar als het vermijden van gesprekken de plaatselijke cultuur is, raak ik kortademig en heb ik al snel meer lucht nodig.

De cultuur van een lokale gemeenschap kan erg rigide zijn en vol verwachtingen van conformiteit. Helaas ben ik slecht in het “blindelings volgen” van mensen en aannames. Ik kan het niet. Ik wil goed begrijpen, overwegen en begrijpen. Dat is de enige manier waarop ik ergens bij betrokken kan raken en mee kan doen. Ik wil niet zomaar gemuilkorfd worden. Het gaat er niet om dat ik stokpaardjes heb waar ik graag op rondrijd. Helemaal niet. Het gaat om een open uitwisseling over gemeenschappelijke vragen, waarbij iedereen een bijdrage levert. Deze uitwisseling maakt een leerproces mogelijk (zie ook:”leercultuur”). Voor mij is dit een hoeksteen van een levende gemeenschap.

Welke stopcontacten heb je?

Op weg naar een beter begrip zijn er vaak mensen die je ontmoet, boeken die je leest of video’s die je helpen. Ik herinner me een bepaald gesprek in deze context. Dat is heel lang geleden. Samen met een paar vrienden bezocht ik een bijbelleraar. Het ging over concrete vragen die we hadden. Mijn punt was de betekenis van “Gehenna”. Jezus gebruikt dit woord in de Evangeliën en het wordt soms vertaald als “hel”. Wat betekent dat precies? Wat is Gehenna? Het was een uitstekend en open gesprek. Mijn vraag was duidelijk. Er werd me ook een oplossing aangeboden. Het ging over een directe verbinding met andere verzen die ik nog nooit eerder had gezien. En wat gebeurde er toen?

Er gebeurde niets. Ik kreeg een soort stekker, een antwoord op mijn vraag. Deze stekker hielp me echter niet, want ik had er geen geschikt stopcontact voor. Ik kon niets met het aangeboden antwoord. Dat kwam later. Nadat ik het benodigde “stopcontact” had – een beter begrip van de verbanden in de Bijbel – paste opeens ook de aangeboden stekker. Mijn aha! ervaring kwam met een vertraging.

Omdat ik deze ervaring heb, kan ik ook andere mensen begrijpen die nog steeds niets kunnen doen met sommige stekkers – simpelweg omdat de geschikte stopcontacten ontbreken. Dat is prima. Het is ook de reden dat ik hier op de Kernbeisser-website niet alleen antwoorden wil geven, maar sockets wil bouwen. Het doel is om mensen aan te moedigen zelf na te denken, verbanden te ontdekken en daar sluitende antwoorden uit af te leiden.

Groei is een proces. Volwassenheid en volwassenheid in het geloof komen door dergelijke processen.

Metgezellen

Af en toe hoor ik iemand zichzelf een “beginner in het geloof” noemen. Dat klinkt mij altijd een beetje vreemd in de oren. Maar het is nog vreemder als degenen die al langer in het geloof staan dit zelfs bevestigen. Zijn het niet de Benedictijner monniken die een leefregel hebben voor “het begin”, om zo te zeggen, voor beginners? Dit is ook de enige leefregel die ze hebben. Er is geen leefregel voor gevorderde studenten. Dat is wat ik geloofswijsheid noem. Zie hoofdstuk 73 of Epiloog van de Regel (.8). In die zin blijf ik graag een beginner.

Er zijn geen beginners of gevorderden in het geloof. Er zijn alleen mensen “van de Weg” (Handelingen 18:25) of later met Paulus en met Paulus “navolgers van Christus” (Fil 3:17). We zijn elkaars metgezellen. Hoe lang je al onderweg bent, is geen nadeel of voordeel. Het komt niet door ons rennen, maar door Gods genade. Het zit hem niet in onze erkenning, maar in onze roeping. Daarom is iedereen altijd welkom om mee te wandelen. In de beste zin van het woord zijn we leerlingen, maar we leven ook dankbaar. In saamhorigheid zien en herkennen we meer dan wanneer we alleen reizen (Ef 3:18-19).

Bouwstenen

De Bijbel lezen is geen doel op zich. Door de Bijbel te lezen krijgen we inzicht in de ontwikkeling van Gods werk op en in deze wereld. Er zijn terugblikken en vooruitblikken, we vinden bemoediging en levenswijsheid, maar ook vertrouwen en geloofswijsheid. Zelfs als we er maar een klein beetje van nemen, winnen we er veel bij. Het zijn bouwstenen van geloof. We bouwen er ons vertrouwen mee op en herkennen wie God is en hoe Hij werkt. We leren Zijn Christus kennen en leren over Israël, de naties en over de kerk van vandaag. Begrip groeit.

We leren veel in de vorm van verhalen, zodat we die deel kunnen laten uitmaken van onze eigen geschiedenis.

Waarom werkt het echt?

Wat is het doel van het lezen van de Bijbel? Dat moet ook worden verduidelijkt. Bouwstenen van geloof ontdekken is niet hetzelfde als een ladder beklimmen. Er is geen vaste volgorde van stappen of “niveaus”. Er wordt hier ook niet kritisch gekeken of iets “fout” of “goed” is, alsof we voor elke centimeter geloof moeten vechten met beproevingen. Het werkt heel anders. Geloof is vertrouwen. Het gaat om het voeden van vertrouwen. Wie geloven we?

Paulus beschrijft het als volgt:

“Omdat de kennis van Christus Jezus, mijn Heer, boven alles gaat.

Omwille van wie ik al deze dingen vergeef en afval, opdat ik Christus moge winnen en in Hem gevonden worden, in wie ik niet mijn eigen gerechtigheid heb, dat wil zeggen die van de wet, maar die door het geloof van Christus, gerechtigheid van God door het geloof:

Hem herkennen

en de kracht van Zijn opstanding en de gemeenschap van Zijn lijden, gelijkvormig worden aan Zijn dood, of ik mag komen tot de opstanding uit de doden.

Niet dat ik dit al ontvangen heb of hierin al volbracht ben.

Maar ik streef ernaar om vast te houden wat mij ook is afgenomen door Christus Jezus.

Broeders, ik vind dat ik het nog niet begrepen heb.

Maar ik doe één ding: ik vergeet wat achter me ligt en reik uit naar wat voor me ligt. Dus jaag ik het doel na naar de prijs van Gods roeping hierboven in Christus Jezus.

Ieder van ons die volwassen is geworden kan zich dit herinneren;

En als jij ergens anders over denkt, zal God dat ook aan jou openbaren.”

Fil 3:7-15

Paulus beschrijft hoe hij als gelovige onderweg is. De delen die uiterst links beginnen, betreffen de belangrijkste uitspraken. De ingesprongen teksten zijn elk een uitbreiding en uitleg.

Paulus mag dan wel een apostel zijn, maar hij heeft zijn doel nog niet bereikt. Hij werd echter door Christus geroepen en probeert nu het leven dat hem gegeven is naar zich toe te trekken. Hij is niet perfect, net zo min als wij dat zijn. Voor hem staat niet de Bijbel centraal (die bestond toen nog niet in de huidige vorm), maar Christus. Hij is zijn focus. Samen moeten we ons echter op Christus richten en dus een gemeenschappelijk pad bewandelen.

Als we de Bijbel lezen, komen we bij zulke teksten. De Bijbel gaat niet over de tekst. Het gaat erom waar en over wie de teksten het hebben. De Bijbel wijst niet naar zichzelf, maar naar God en Zijn Christus.

De Bijbel begrijpen

Hoe we de Bijbel gaan begrijpen is een proces. Het begrip groeit stap voor stap en alleen zover als we leren om God te vertrouwen en op Hem te leunen. Het is op een bepaalde manier een avontuur. We kunnen elkaar hierin steunen. Hoe? We kunnen vragen toestaan en tegenvragen stellen. We kunnen suggesties doorgeven. Misschien moeten we zelfs directe antwoorden vermijden. Want wat iemand zelf ontdekt is veel waardevoller en duurzamer.

We kunnen open vragen stellen aan de Bijbel zonder de antwoorden van tevoren te kennen. We kunnen elkaar steunen om onze vragen serieus te nemen, om op te groeien, om in alles naar Hem toe te groeien (Ef 4:15-16).

Is het dan helemaal niet belangrijk om bijbels onderwijs te geven? Ja, dat is nodig. Het gaat echter om de manier waarop het wordt gecommuniceerd. Het moet niet gedicteerd worden, maar uitgespreid op tafel liggen als een kaart. Daarna kun je samen rond de kaart gaan staan en een route uitstippelen voor je reis in de echte wereld.

Verdieping

Welke houding kunnen we tegenover elkaar aannemen? Bespreek de volgende uitspraak van Paulus:

“Niet dat wij heerschappij hebben over uw geloof, maar wij zijn medearbeiders in uw vreugde, want u hebt standgehouden in het geloof.”
2Cor 1,24