Alles is mij toegestaan

De Bijbel zegt dat alles is toegestaan:

“Voor mij kan alles!”
1Cor 6,12

“Voor mij kan alles!”
1Cor 10,23

In beide verzen wordt de uitspraak herhaald. Het wordt daarom vier keer geschreven. Dit zijn woorden van de apostel Paulus in zijn eerste brief aan de kerk in Korinthe.

Tegenspraak onder gelovigen

Niet weinig gelovigen zijn diep bedroefd over zo’n uitspraak. Ik heb hier eens over gesproken in een huisgroep en een deelnemer moest de volgende dag naar de pastorale begeleiding. Ze was diep geschokt.

Natuurlijk had ik de uitspraak in een grotere context geplaatst, de uitspraak in evenwicht gebracht, zoals Paulus zelf ook deed. De tekst is niet eenzijdig. Deze vrouw was hier echter niet langer ontvankelijk voor. Alleen dit ene “Alles is mij toegestaan!” bleef in het geheugen en het verstoorde het beeld van geloof ernstig. Dat was te veel vrijheid!

De pastor gebruikte vervolgens zijn autoriteit om de situatie te kalmeren en de regels van het geloof en het legale denken opnieuw in te voeren. Iedereen heeft toch vangrails nodig in het leven? Gelovigen moeten zich aan regels houden. Met andere woorden, de vrijheid van Christus was beangstigend vrij en de voorganger beperkte die vrijheid onmiddellijk. Dit kalmeerde de vrouw weer en ze mocht haar eigen angsten weer koesteren. Zo snel mogelijk keerde ze terug naar het vertrouwde beeld van geloof. Ik begrijp dat, maar vraag me toch af of het niet beter kan?

Ik heb situaties als deze en dergelijke keer op keer meegemaakt. Wanneer er over absolute vrijheid wordt gesproken, denken evangelische kringen onmiddellijk aan grove dwalingen, moreel verval en het einde van de bekende wereld. Dit laat echter ook zien hoe weinig vrij veel christenen zijn en hoe weinig er gezegd wordt over de betekenis en impact van genade.

De tekst in context gelezen

In directe context stellen beide teksten het volgende:

“Alles is toegestaan voor mij,
maar niet alles bevordert mij!
Voor mij is alles toegestaan,
maar ik laat niets
onder hun volmacht worden geplaatst.”
1Cor 6,12

“Alles is toegestaan voor mij,
maar niet alles is heilzaam.
Alles mag, maar niet alles bouwt.
Niemand zoekt het zijne,
maar die van de ander.”
1Cor 10,23-24

Als men de tekst vollediger leest, dan is in dezelfde verzen de uitspraak in evenwicht. We hebben het tot nu toe nog niet eens gehad over de grotere context en Paulus’ bezorgdheid in deze hoofdstukken. We hebben ook nog niet gekeken naar de situatie in Korinthe, waar Paulus zich hier op richt. Er zijn dus nog veel onbeantwoorde vragen. Zelfs deze kleine uitbreiding van de context laat echter zien dat Paulus er niet op uit was om de gelovigen af te laten glijden naar losbandigheid.

Alles mag – maar niet alles is nuttig, niet alles bouwt.

Laten we eerst aandacht besteden aan het eerste deel van deze uitspraak. De apostel zegt het duidelijk: alles is toegestaan. Dat is wat genade doet. Er zijn geen grenzen. Vrijheid is 100%. Slechts één vers eerder richtte Paulus zich als volgt tot gelovigen: “Maar u bent afgewassen, u bent geheiligd, u bent gerechtvaardigd in de naam van onze Heer Jezus Christus en door de Geest van onze God” (1Cor 6,11). Meteen daarna zegt hij tegen deze mensen: “Alles is mij toegestaan!”. Dit is wat bedoeld wordt voor deze gelovigen. Het is net zo waar dat gelovigen geheiligd en gerechtvaardigd worden “in de naam van Jezus Christus en door de Geest van onze God” als dat ze in het volgende vers horen dat alles (zonder uitzondering) is toegestaan.

In het tweede deel van de verklaring worden nu verschillende dingen genoemd over hoe we met deze vrijheid moeten omgaan. Alles mag, maar niet alles bouwt op, niet alles is nuttig. Paulus beschrijft hoe hij zelf met deze vrijheid omgaat.

Paulus zelf is het voorbeeld

Paulus zegt niet: “Alle dingen zijn geoorloofd voor jullie “, maar “Alle dingen zijn geoorloofd voor mij “. Hij geeft het goede voorbeeld (vgl. Fil. 3:17). Hij laat zien hoe hij dit zelf implementeert – met verantwoordelijkheid en een doel voor ogen. De lezers van de brief zouden zich hierdoor kunnen oriënteren. De apostel zoekt geen excuus voor een moreel verval, maar genade voedt op tot een leven dat God welgevallig is. “Denken als Paulus” is een avontuur van genade.

“Denken als Paulus” is een avontuur van genade.

Vrijheid wordt niet beperkt door Paul. Het wordt aan de gemeente doorgegeven zonder enige aftrek. Hij zegt niet: Jullie zijn vrij, maar houd je alsjeblieft aan de 10 geboden (en alle aanwezigen knikken gretig en zeggen dat dit heel nuttig is en gehouden moet worden, anders zal de wereld vergaan). Zoiets gebeurt niet. Er volgen echter een paar toevoegingen. Het zijn geen regels, het zijn geen wetten, het zijn geen kasten, maar Paulus heeft het over hoe hij er zelf mee omgaat en dat niet alles is om op te bouwen. Met andere woorden, iedereen moet overwegen waar zijn beslissingen toe leiden.

  • Is het om op te bouwen? Doe het!
  • Is het niet om op te bouwen? Laat het los!

Paulus geeft geen wetten. Hij beknot de genade niet, maar wijst erop dat gelovigen nu zelf moeten nadenken of iets goed of minder goed is. Hij legt de verantwoordelijkheid bij het individu. Door God gezegend, gerechtvaardigd en gezegend, zijn ze toegerust met alles om nu voor zichzelf te kunnen beslissen.

Paulus legt de verantwoordelijkheid bij de gelovigen zelf.

Wat dient de andere

Mensen die door angst gedreven worden, geloven dat 100% vrijheid een gevaar is. Paulus heeft echter heel andere dingen in gedachten. Hij spreekt over genade en een bevrijd leven. Dit gaat niet over egoïsme. Paulus zegt het ondubbelzinnig en in één adem:

“Niemand zoekt het zijne,
maar die van de ander.”
1Cor 10,24

Dat is de uitlijning. Vrijheid is er niet om misbruikt te worden, maar om positief gebruikt te worden. Aan Titus schrijft hij:

“Want de genade van God is verschenen,
alle mensen tot verlossing,
ze onderwijst ons,
om vroomheid en wereldse verlangens te ontkennen,
zodat we redelijk, rechtvaardig en vroom zijn
mag leven in het huidige tijdperk.”
Titus 2:11-12

Verdieping

  • Stel je voor dat in jouw geloofsgemeenschap 100% genade wordt gepredikt en geleefd, en dat iedereen niet naar zichzelf kijkt, maar in gedachten heeft wat de ander dient. Hoe zouden deze gelovigen zich ontwikkelen? Wat zou er van deze gemeenschap worden?
  • Stel je voor dat in jullie relatie 100% genade wordt gedeeld en beleefd, en dat ieder niet zichzelf zoekt, maar voor ogen heeft wat de ander dient. Hoe zou dit huwelijk of partnerschap zich ontwikkelen? Wat zou er van deze mensen worden?
  • Stel je voor dat je in je vriendenkring 100% in genade leeft en in gedachten hebt wat de ander dient. Hoe zouden deze vriendschappen zich ontwikkelen? Wat zou er van jullie relaties worden?