Het Duizendjarig Rijk is ook niet meer wat het geweest is. Hoe ik tot deze uitspraak kom, is het onderwerp van dit artikel.

Inleiding

Profetie is een integraal onderdeel van de Bijbelse boodschap. Een profeet vertelt de woorden van God. Dat is het belangrijkste. Profetie is niet altijd wat er in de verre toekomst gebeurt. Soms is het dat echter – een vooruitblik op toekomstige gebeurtenissen.

Van de vele boeken van de Bijbel staat het laatste boek, de Openbaring aan Johannes, vol symboliek en profetie. Het is een blik in de toekomst als hij meteen aan het begin zegt dat hij (Johannes) “in de Geest was op de dag des Heren” (Openb. 1:10). Dit betekent niet de zondag, maar is een verwijzing naar “de dag des Heren”, een periode waarover de profeten al hebben geschreven. Dus wat Johannes daarna opschrijft is een visioen van deze “dag des Heren” en hij rapporteert wat hij in het visioen zag over deze tijd. De interpretatie van dit boek zou logischerwijs iets te maken moeten hebben met deze inleiding, ook al zijn er talloze andere interpretaties.

Tegenwoordig heeft dit boek een hoofdstuk- en versindeling. In het 20e hoofdstuk staan enkele beschrijvingen waarin “1000 jaar” een rol spelen. Deze beschrijvingen hebben bijgedragen aan het idee van een “duizendjarig koninkrijk”. Dit artikel gaat over het idee van een Duizendjarig Rijk, omdat velen dat baseren op Openbaring 20.

Hoe lang duurt 1000 jaar?

Het zogenaamde Duizendjarig Rijk duurt geen 1000 jaar. Als je in het boek Openbaring kijkt, zijn er verwijzingen naar “1000 jaar”, maar nergens wordt gezegd dat het koninkrijk duizend jaar zal duren. Alleen andere dingen duren duizend jaar. Dit heeft gevolgen voor het begrip.

Laten we eerst eens lezen welke aanwijzingen er zijn:

“Toen zag ik een andere boodschapper uit de hemel neerdalen, met de sleutel van de afgrond en een grote keten in zijn hand. Hij greep de draak, de oude slang (die de tegenstander en Satan is) en bond hem voor duizend jaar. Hij gooide hem in de afgrond, sloot die af en verzegelde die over hem (zodat hij de volken niet meer zou misleiden) totdat de duizend jaar voorbij waren. Daarna moet het voor een korte tijd worden vrijgegeven.”
Openb. 20:1-3

“Toen zag ik tronen waarop zij zaten, aan wie het oordeel was gegeven. De zielen van hen die met de bijl gedood waren omwille van het getuigenis voor Jezus en voor het Woord van God, evenals zij die het wilde beest of zijn beeld niet hadden aanbeden, noch het merkteken op hun voorhoofd en op hun hand hadden ontvangen – ook zij leven en heersen als koningen met Christus. duizend jaar. (De rest van de doden leeft niet tot de duizend jaar zijn voltooid). Deze opstanding is de eerste. Gezegend en heilig is hij die deel heeft aan de eerste opstanding. Over hen heeft de tweede dood geen gezag, maar zij zullen priesters van God en van Christus zijn, en met Hem zullen zij de duizend jaar als koningen regeren.”
Openb. 20:4-6

“Wanneer de duizend jaar voltooid zijn, zal Satan uit zijn gevangenis worden vrijgelaten.”
Openb. 20:7

 

De volgende dingen zullen volgens deze woorden “1000 jaar” duren:

  • Satan is gebonden voor 1000 jaar (en dan weer vrijgelaten voor een korte tijd)
  • Er is een eerste opstanding vóór de 1000 jaar
  • De rest van de doden zal niet worden opgewekt voordat de 1000 jaren zijn voltooid
  • Zij die delen in de eerste opstanding zullen 1000 jaar lang als koningen met Christus regeren.

Zo verschillende dingen duren hier 1000 jaar en het is zeker een speciale tijd. De afwezigheid van Satan, van het kwaad, lijkt buitengewoon. Maar je kunt in de tekst lezen hoe dat afloopt. Binnen het thema van dit artikel kunnen we stellen dat nergens staat dat het koninkrijk zelf beperkt is tot 1000 jaar.

Een Aha! ervaring

Op basis van de verzen die hierboven genoemd zijn, kan men tot de conclusie komen dat het koninkrijk iets langer duurt dan bijvoorbeeld 1000 jaar. Men vergelijkt deze passages met informatie uit het Boek Daniël en andere delen van Openbaring. De berekening is uitgevoerd. Het valt je misschien op dat deze perioden van 1000 jaar ongeveer 70 dagen naast elkaar liggen. Zo wordt tijd gedefinieerd als 1000 jaar + 70 dagen. Dat kan ik begrijpen.

Maar er is hier een fundamenteel probleem dat ik herkende, maar waarvan ik de gevolgen nog niet inzag. Het probleem is dit: Men maakt zichzelf wijs dat dit over een voltooid (Duizendjarig Rijk) gaat. Maar dat is niet wat hier staat. Noch begint het koninkrijk aan het begin van de 1000-jarige perioden, noch eindigt het aan het einde van deze 1000 jaar. Het rijk is groter dan deze periode van 1000 jaar. Veel groter.

Dankbaar kon ik onlangs een Bijbelstudie bijwonen van een broeder die (op een heel andere plaats) een uitdrukking voor het koninkrijk zo goed uitwerkte dat ik achteraf niet meer precies wist wat er bedoeld werd. Ik realiseerde me dat ik iets gemist had. Dat is het moment waarop gedeeld leren plaatsvindt en aha! ervaringen ontwaken. Ik was op een nieuw spoor gezet.

Wat was er gebeurd?

Hoewel ik al heel lang weet dat nergens staat dat het koninkrijk duizend jaar duurt, heb ik altijd het idee in mijn hoofd gehad dat dit over een gesloten tijd gaat. Deze tijd van “ongeveer” duizend jaar is “dus” zoiets als een “duizendjarig rijk”. Dit zijn echter gevolgtrekkingen. Het past allemaal zo mooi:

  • Eerst komt de afwas
  • Door de oordelen zou men komen tot het 1000-jarige koninkrijk van Openbaring 20
  • Na het einde van dit rijk breekt een nieuw tijdperk aan
  • Het boek Openbaring spreekt dan over een nieuwe hemel en een nieuwe aarde
  • Dan zal het laatste oordeel plaatsvinden, dat gehouden zal worden voor de Grote Witte Troon.
  • Daarna is er de tijd op een nieuwe aarde, waarna het hemelse Jeruzalem neerdaalt.

Dat lijkt nu mooi, aannemelijk en verkeerd. Hoewel dit de beschreven volgorde is, staat nergens dat het koninkrijk stopt na de 1000 jaar. De tijd van Openbaring 20 is slechts een periode in een veel groter koninkrijk. Wat gedefinieerd wordt als het messiaanse koninkrijk heeft wel bepaalde kenmerken die plaatsvinden in de tijd van Openbaring 20, maar dat is niet het hele verhaal.

De vooruitzichten van Jesaja

Toen ik voor het eerst las dat Jesaja het al had over nieuwe hemelen en een nieuwe aarde (Js 65:17; Js 66:22), was ik verbaasd. Ik had altijd gedacht dat dit een kenmerk van het Nieuwe Testament was, waarin Petrus er één keer over spreekt (2Pet 3:13) en dat daarna in het boek Openbaring wordt genoemd (Openb 21:1-2). Mijn veronderstelling was verkeerd.

Jesaja heeft het dus over dingen die christenen traditioneel associëren met Openbaring 20 (Jesa 2; Jesa 11), maar hij heeft het ook over nieuwe hemelen en een nieuwe aarde (Jesa 65:17; Jesa 66:22). In het boek Jesaja begint het als het ware met een “traditioneel 1000-jarig koninkrijk”, maar aan het einde van het boek noemt hij de nieuwe schepping van de wereld. Dingen horen bij elkaar. Het is aanvechtbaar dat ze niet tegelijkertijd voorkomen, maar dat betekent niet dat ze kunnen worden geclassificeerd als twee verschillende koninkrijken die elk op zichzelf staan.

Dus mijn aha! ervaring was dit: Het gaat naadloos verder. Jesaja had al het vooruitzicht gegeven van nieuwe hemelen en een nieuwe aarde in het joods-messiaanse begrip. Dat hoorde bij elkaar. Het is geen uitvinding in het Nieuwe Testament. Het is eerder de voortzetting van gedachten, de vervulling en bevestiging van wat al bekend was.

Van de opwekking tot de overgave van het koninkrijk

Het aangekondigde Messiaanse Koninkrijk werd door de profeten in de Tenach aangekondigd. In het Nieuwe Testament lezen we over de vestiging van dit koninkrijk.

De vestiging van het koninkrijk wordt in het boek Openbaring als volgt beschreven:

“Toen hoorde ik een luide stem in de hemel die zei: “Nu zijn redding, macht en koningschap gegeven aan onze God en gezag aan zijn Christus!””
Openb. 12:10

Hier lijkt het rijk te zijn aangekomen. We vinden de verhalen over de 1000 jaar pas vele hoofdstukken verderop. In chronologische volgorde is dit niet veel later, maar het mag duidelijk zijn dat het Koninkrijk niet begint als er over “1000 jaar” wordt gesproken.

Na de voltooiing van de 1000 jaar gaan hemel en aarde voorbij om plaats te maken voor nieuwe hemelen en een nieuwe aarde. Het eerste wat we dan lezen is het verslag van de Grote Witte Troon (Openb. 20:11-15). Deze troon laat zien dat er nog steeds een koninkrijk is.

Het is pas aan het einde van alle tijden, nog voorbij de tijd van de nieuwe hemelen en de nieuwe aarde, zoals Johannes in het boek Openbaring schrijft over dit koninkrijk dat aan God wordt overgedragen. Zelfs dan stopt het koninkrijk niet, maar gaat het door. Het is de breedste visie die we in de Bijbel hebben:

“Want Hij [Christus] moet als koning regeren totdat Hij al zijn vijanden onder zijn voeten heeft gelegd. De laatste vijand die moet worden afgewezen is de dood. Want Hij maakte alles ondergeschikt aan Hem: Onder Zijn voeten. Wanneer Hij dan zegt: “Alle dingen zijn ondergeschikt gemaakt!” is het duidelijk dat God uitgezonderd is die het Al aan Hem ondergeschikt maakte. Maar als het Al ondergeschikt is aan Hem, dan zal de Zoon zelf ook ondergeschikt zijn aan Hem die het Al aan Hem ondergeschikt heeft gemaakt, zodat God alles in allen kan zijn.”
1Cor 15,25-28

Er is dus een moment waarop Christus het Koninkrijk opricht en er is een moment waarop Hij het Koninkrijk zal overdragen aan Zijn God en Vader. De hele tijd duurt het koninkrijk, met verschillende perioden, rechtbanken en acties. Het is niet zo dat alles in één keer perfect is, maar er wordt naar een duidelijk doel toegewerkt, wat Paulus beschrijft met de woorden “opdat God zij alles in allen”.

Het traditionele “1000-jarig koninkrijk” wordt vaak als gebrekkig beschreven vanwege de woestheid aan het einde van deze tijd (Openb. 20:7-9). Maar als we bedenken dat Jesaja al spreekt over nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, dan zou het aanmatigend zijn om de verwachting van Israël te beperken tot een “onvolmaakte tijd” (Openbaring 20), zoals soms gebeurt. Het is eerder zo dat de Hebreeën ook een onwankelbaar koninkrijk in gedachten hadden.

“Daarom, omdat we een onwankelbaar koninkrijk ontvangen, moeten we de dankbaarheid hebben waarmee we God op een welgevallige manier aanbidden, met eerbied en beven.”
Heb 12:28

Samenvatting

Het zogenaamde “duizendjarige rijk” is een mythe. Het wordt nergens in de Schrift vermeld. Het is beter om te spreken over het koninkrijk dat de profeten van Israël al hadden voorzien. De vestiging en voltooiing van dit koninkrijk (en nog veel meer) lezen we in het Nieuwe Testament. Als velen het 1000-jarig koninkrijk alleen op Openbaring 20 projecteren, wordt daar echter niet over zo’n koninkrijk gesproken. Het koninkrijk was al gevestigd en binnen dat koninkrijk zijn er verschillende verwijzingen naar dingen die “duizend jaar duren”. Het rijk zal duizend jaar standhouden.

Hieraan moeten we vasthouden: God heeft een onwankelbaar koninkrijk op het oog en aan het einde der tijden zal Christus dit onwankelbare en het dan voltooide koninkrijk overdragen aan zijn God en Vader (1Cor 15:24). Deze God – die vrede sticht door het bloed van het kruis – zal alle dingen met Zichzelf verzoenen (1 Kor 15:28; Kol 1:20).

Verdieping

“Het duizendjarige rijk is ook niet meer wat het geweest is.” Ik ontdekte dat ik enkele gevolgtrekkingen maakte die niet nuttig waren. Ik zal deze visie verder onderzoeken en kijken of het terug te vinden is op andere plaatsen. Op deze manier kan men dankbaar stap voor stap de eigen horizon verbreden. Geloof, begrip en vooruitzichten zijn niet statisch. We mogen altijd leren. Ik dank mijn God door Jezus Christus (vgl. Rom 1:8 e.v.).