Het kortste Bijbelvers staat in het 11e hoofdstuk van het Evangelie van Johannes:

“Jezus huilde.”
Johannes 11:35

Jezus staat voor het graf van Lazarus, een vriend. Lazarus was al dagen geleden gestorven en werd – zoals gebruikelijk in het Midden-Oosten – waarschijnlijk uiterlijk de volgende dag begraven. Het is nu al de vierde dag (Joh 11:39). Jezus komt naar het graf. En Jezus huilde. Wat horen we? Spreekt dit vers over medeleven en samenleven, over waardering, over verdriet, over persoonlijke relaties, over verbinding en nabijheid, over verlies en menselijkheid? Dit hoofdstuk gaat over zeer centrale vragen van onze menselijkheid. Hierin schitteren veel dingen. Het feit dat Jezus huilde was maar een klein deel van het verhaal, maar onmiskenbaar waardevol.

Het gaat over dood en lijden, maar ook over opstanding en leven. Net daarvoor had Jezus tegen Martha gezegd “Ik ben de opstanding en het leven!”. (Joh 11:25). Deze aankondiging werd al gedaan voordat Jezus bij het graf stond. Zich volledig bewust van Zijn eigen macht en taak, staat Hij eerst voor het graf en huilt.

Mededogen. En dan handelt Hij.

Het hele verhaal is het lezen waard, troostend, verbazingwekkend nuchter en vol vertrouwen. De volledige tekst is hier te vinden:

  • Jezus en Lazarus
    Johannes 11:1-45